31e zondag door het jaar A- 2017

Zusters en broeders,

De profeet Maleachi in de eerste lezing, Jezus in het evangelie: ze zijn allebei niet mals voor de priesters en de schriftgeleerden. ‘Priesters, gij zijt van de weg afgeweken en hebt door uw lering velen laten struikelen. Daarom zal ik zorgen dat heel het volk u minacht en op u neerkijkt,’ zegt Maleachi. Wat Jezus zegt, moet daar niet voor onderdoen. ‘Luister naar hun woorden, maar kijk niet naar hun daden, want die gaan helemaal in tegen wat ze voorhouden’, zegt Hij over de schriftgeleerden en de farizeeën. En Hij voegt eraan toe dat ze alleen maar willen opvallen, zich heilig en vroom voordoen, overal de voornaamste plaatsen willen innemen en rabbi, dus meester genoemd willen worden.

Het klinkt niet bepaald vriendelijk, niet bij Jezus, niet bij Maleachi. Maar we mogen zeker iets niet uit het oog verliezen, en dat is dat beiden zich niet wenden tot de priesters en de schriftgeleerden, maar tot hun eigen luisteraars en leerlingen. Die moeten opletten dat ze niet dezelfde fouten maken. ‘Heeft niet één God ons geschapen?’ vraagt Maleachi. Zijn we dus niet allen broers en zussen? En daar voegt hij heel uitdrukkelijk aan toe: ‘Waarom bedriegen we elkaar dan?’ Met andere woorden: Waarom gaan we dezelfde slechte wegen op als de priesters? Wat Jezus zegt, sluit daar onmiddellijk bij aan. ‘Gij moet u geen meester laten noemen, want ge hebt maar één Meester, en ge zijt allen broeders’, zegt Hij.

Daarmee weten we waar het zowel bij Maleachi als bij Jezus op aankomt: allebei leggen ze de nadruk op oprechtheid, en beklemtonen ze naastenliefde, want allen zijn we broers en zussen. Dat is de weg die we moeten gaan. ‘Luister naar mijn woorden en doe mijn daden’, moet onze levenshouding zijn, en dat kan alleen als we oprecht zijn in doen en denken.

We weten uit ervaring dat dit de enige weg is die aanvaard wordt. Kinderen eisen oprechtheid van hun ouders, leerlingen van hun leraars, kiezers van hun politici, klanten van winkels en warenhuizen, van bankiers en verzekeringsmaatschappij enzovoort. Leg als vader en moeder maar eens iets op aan je kinderen als je zelf een tegengestelde weg gaat. Hou ze maar eens af van roken en drinken als je daar zelf aan verslaafd bent. Eis als leraar maar inzet van je leerlingen als je zelf nooit met iets in orde bent. Probeer maar klanten te winnen als je niet geeft waar ze voor betalen. Probeer als werkgever maar goede arbeiders en bedienden te hebben als je geen rekening houdt met hun mogelijkheden en hun vragen. En wil je als politicus herkozen worden, dan moet je doen wat je in je propaganda beloofd hebt.    

Wees eerlijk en oprecht, houden Maleachi en Jezus voor. En wees nederig, voegt Jezus daaraan toe, want ‘wie zichzelf verheft, zal vernederd, en wie zichzelf vernedert, zal verheven worden. Want wie onder u de grootste is, moet uw dienaar zijn.’

Zusters en broeders, oprechtheid, nederigheid, eerlijkheid, dienstbaarheid. Het zijn wegen die Jezus en Maleachi uitdrukkelijk voorhouden. Het zijn ook wegen die direct aansluiten bij het enige gebod dat Jezus ons voorhoudt, en dat is: Hou van God en hou van je medemens. Dat is de enige basis van ons geloof in Jezus: dat we proberen leven zoals Hij ons heeft voorgeleefd, en zoals onze goddelijke Vader zelf is, en dat is vol liefde. God is liefde. Laten ook wij zo proberen zijn: vol liefde voor God en voor elkaar, in alle oprechtheid en met een gezonde nederigheid, want allen zijn we broers en zussen, en kinderen van één en dezelfde Vader in de hemel. Amen.