5° Zondag A (2014)

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 419 niet laden

Generaal van een verslagen leger?

Of: soldaat in een bataljon dat blijft strijden?

Ben je de één?

Of ben je de ander?

Welke mentaliteit heb je?

Door welke geest word je bezield?

Ben je, stel je jezelf op, gedraag je jezelf als de generaal van een verslagen leger? Of ben je als een soldaat in een bataljon dat doorgaat met de strijd?

Het is, dierbare gasten en parochianen; het is onze prachtpaus Franciscus die ons voor deze vraag stelt. En die vraag is een uitdagende, een confronterende, een prikkelende en misschien ook een irritante vraag: generaal van een verslagen leger - soldaat in een bataljon dat blijft strijden. Wie ben je?

De paus komt met dit beeld in het kader van zijn zogenaamde 'apostolische exhortatie' Evangelii Gaudium ("De vreugde van het evangelie"). Op 24 november van het afgelopen jaar, op het hoogfeest van Christus Koning van het Heelal, werd die exhortatie aan de universele kerk aangeboden. De officiële vertaling ervan is in Nederland nog altijd niet verschenen. Maar wíj hebben een voorproef van die vertaling gevraagd én ontvangen. En met in totaal maar liefst vijftig mensen binnen onze Rozenkrans- en Vredesparochie lezen wij op een zestal dinsdag- en woensdagavonden die tekst en wij denken er samen over na.

Verslagen generaal of soldaat die blijft strijden? Wat bedoelt de paus met dat beeld? Waar denk hij aan?

Hij schrijft, de paus: "Een van de ernstigste verleidingen die het vuur en de durf verstikken, is het gevoel van een nederlaag, dat ons verandert in ontevreden en ontgoochelde pessimisten met een duister gezicht. Niemand kan een veldslag ondernemen, als hij vantevoren niet volledig vertrouwt op de overwinning. Wie zonder vertrouwen begint, heeft vantevoren de helft van de veldslag verloren en begraaft zijn talenten. Ook al is het in het smartelijke bewustzijn van de eigen zwakheden, men moet verder gaan zonder zich gewonnen te geven en zich herinneren wat de Heer tot de heilige Paulus zei: "Je hebt genoeg aan mijn genade. Kracht wordt juist in zwakheid volkomen" (II Kor. 12, 9). Een christelijke overwinning is altijd een kruis, maar een kruis dat tegelijkertijd een banier van de overwinning is, dat men met strijdbare tederheid draagt." Einde citaat.

Ik denk, dierbare gasten en parochianen, de paus houdt ons hier een geweldige spiegel voor. Het gezicht is de spiegel van de ziel zegt men. Welnu... Hoe ziet je gezicht er uit? Wat lees je daar op? Wat zie je daar in? Zie je duisternis? Zie je licht? Is je gezicht het gezicht van iemand die in de strijd van het leven het onderspit heeft gedolven? Of is je gezicht het gezicht van iemand die in het leven de overwinning heeft behaald? Ja, hoe zit dat met licht en duisternis in je leven? Hoe verhouden die twee zich tot elkaar in je ziel? Helpen misschien de verschillende bijbelpassages die in deze viering zijn voorgelezen om daar ook vat op te krijgen?

Laat ik beginnen met de apostel Paulus die wij vandaag hoorden in de tweede lezing, uit zijn eerste brief aan de christenen van Korinthe. Hij vertrouwde ons toe, Paulus, dat hij zich "zwak, nerveus en angstig" voelde in de tijd dat hij in Korinthe "het geheim van God kwam verkondigen". Terwijl hij daar dus in Korinthe was, Paulus, had hij dus misschien niet voortdurend een zonnig gezicht. Maar toch verkondigde hij dat geheim van God. En hij deed dat "niet met vertoon van welsprekendheid of geleerdheid" zo schrijft hij. En hij vervolgt: "Ik had mij voorgenomen u niets anders bij te brengen dan Jezus Christus, die gekruisigde. (...) Het woord dat ik u verkondigde, overtuigde niet door geleerde woorden, maar het getuigde van de kracht van de Geest: uw geloof moest niet steunen op menselijke wijsheid, maar op de kracht van God."

Ja, Jezus is gekruisigd. Dus dat is nu niet wat je noemt: een leuk levenseinde. Daar word je op zich niet vrolijk van. Geen success-story, die van Jezus. Kom daar maar eens mee aan in Korinthe, in Amsterdam of waar dan ook. Maar dat is dus precies wat Paulus wél doet. En ik doe hem dat hier en nu ná: verkondigen dat precies in die gekruisigde Jezus Christus op beslissende, op doorslaggevende wijze Gód zich heeft laten zien en kennen. In Hem, in Jezus, op het kruis heeft God gewónnen. Want Jezus koos voor God en had daar alles voor over, zelfs Zijn eigen leven. De Geest van God in Jezus was en is sterker dan de dood die mensen Hem, Jezus, hebben aangedaan. Het kruis is daarmee niet het teken van Jezus' nederlaag en ondergang, máár van Zijn overwinning.

Door niets en niemand, door geen enkel dreigement en ook door de dood niet, kan Jezus' Geest gestopt worden. Die Geest van Jezus is, zoals we in het evangelie van deze zondag hoorden; die Geest, Jezus zelf, ook in en door ons, is het licht van de wereld dat niet weggestopt mag en kan worden, maar dat voor iedereen zichtbaar mag en dient te zijn, zoals een stad die bovenop een berg ligt. Dat licht van Jezus gaat in de duisternis óp, het breekt als de dageraad dóór als je iets doet vóór, als je zórgt voor iemand die in nood is: iemand die geen eten heeft, die geen dak boven 't hoofd heeft, iemand die klem zit of iemand die bedreigd wordt. Goed zijn voor anderen is tegelijk goed zijn voor jezelf maakte de profeet Jesaja in de eerste lezing vandaag ons duidelijk. Door andere mensen bij te staan groei je als mens zélf. Wonden die je zélf hebt genezen daardoor. God is er dan óók voor jou. Want wie goed doet, goed ontmoet. De mens "die weggeeft en leent", zo baden we in de honderdentwaalfde psalm, "voor slechte tijding is die niet bang, hij blijft ongeschokt op de Heer vertrouwen. Standvastig en zonder vrees zet hij door" - als een soldaat in een bataljon dat de strijd nooit opgeeft.

U en ik voelen ons, net als Paulus, misschien ook wel eens "zwak, onzeker en angstig". Maar Jezus Christus is de gekruisigde. In Hem heeft God, Zijn Geest, die van Jezus zelf overwonnen. Dus als jij en ik, in Syrië of waar of hoe dan ook op onze manier gekruisigd worden - moge die Geest, Jezus, God, dan ook in óns winnen. Amen.