Sacramentsdag (2009)

We vieren het feest van Sacramentsdag. Ik ben nagegaan wanneer dit feest ontstaan is. Het komt uit de dertiende eeuw, uit de eeuw waarin ook Franciscus van Assisi leefde (en een eeuw voordat IJsselstein ontstond). De paus en de bisschoppen wilden toen beklemtonen dat Christus werkelijk aanwezig was te midden van de gelovigen onder te tekenen van brood en wijn. Drie eeuwen later, in de tijd van Luther en de Reformatie, zeggen de protestanten: de katholieken vergeten dat het ook echt een maaltijd is, een viering van verbondenheid met elkaar. De protestanten zeiden: Christus heeft voor eens en altijd het offer van zijn leven gegeven op het kruis. Daarom kan een priester dat nooit herhalen. We kunnen het alleen gedenken. Dus geen misoffer, geen mis, maar een gedenken van dat samenzijn van de leerlingen met Jezus. Protestanten vieren het avondmaal, en dan ook nog eens maar een paar keer per jaar.

Ondertussen is er de laatste halve eeuw wel heel veel gesproken tussen katholieken en protestanten, ook tussen theologen en kerkleiders. We zijn elkaar veel meer nabij gekomen. Katholieken hebben meer oog gekregen voor het maaltijdkarakter, voor het samen delen, voor het vieren in gemeenschap. En veel protestanten beseffen dat gedenken meer is dan alleen maar een band voelen met wat er gebeurd is een ver verleden. Het gaat om een werkelijke verbondenheid, niet alleen met elkaar in Christus' naam, maar ook om een echte verbondenheid met Christus, met de Verrezen Heer die leeft onder ons door Zijn Geest.

We zijn naar elkaar toegegroeid. Maar er blijven wel verschillen. Katholieken hechten belang aan een gewijde voorganger, een priester die door de band met de bisschoppen en de paus in een doorgaande lijn verbonden is met de apostelen. Het is langs die lijn dat het geloof in het mysterie van de verrijzenis wordt doorgegeven aan steeds nieuwe generaties, zeggen wij. En wij katholieken willen elk weekend als het kan te communie gaan; voor ons zijn de sacramenten heel belangrijk omdat ze aangeven, voelbaar maken dat God in ons leven aanwezig is.

Over de hele wereld wordt eucharistie gevierd. Sinds ruim 40 jaar niet meer in het Latijn maar in de taal van de mensen zelf. En de cultuur van de mensen klinkt ook door in de manier van vieren. In ons land komen steeds meer buitenlandse katholieken wonen. Want de nieuwe Nederlanders zijn maar voor de helft moslim. In de Emmauskerk in Nieuwegein bijvoorbeeld is vaak een derde van de kerkgangers afkomstig uit een ver land. Vietnam bijvoorbeeld, en Indonesië, Irak, Suriname en de Antillen. Maar ook diverse andere landen. Bijna elke zondagmiddag is er in deze kerk (vlakbij het Antoniusziekenhuis) een viering van katholieken in een andere taal. Eenmaal per jaar viert de Nederlandse parochie eucharistie samen met een groep van katholieke migranten, bijvoorbeeld de Indonesiërs of de Vietnamezen. Die brengen dan ook een eigen priester mee. Ik moet zeggen dat die vieringen altijd heel feestelijk zijn. (Op 20 september zal er weer eens zijn; kunt u vast noteren).

Aan de ene kant zijn die vieringen heel plechtig en eerbiedig. Een Vietnamese katholiek zei laatst tegen me: "Jullie Nederlanders halen God meer naar beneden, alsof God een vriend is. Voor ons is God God, dus heilig. Vandaar ook die grote eerbied." Dat zei hij. Het zijn dus plechtige vieringen, met een sacrale sfeer. Aan de andere kant zijn hun vieringen helemaal niet stijf of afstandelijk. Dat komt denk ik omdat de migrantengemeenschappen één grote familie zijn. De echte familie zit vaak ver weg, in het moederland of in Amerika. Dus zoeken de mensen veel meer contact met elkaar, om elkaar te helpen en ook voor de gezelligheid. Er is buiten het kerkgebouw ook een gevoel van gemeenschap. Als deze mensen dan hun leven voor God brengen, dan voel je dat het een intens leven is, een leven in verbondenheid, met God maar ook met elkaar.

Ik heb het gevoeld dat we daar iets van kunnen leren. Als we te communie gaan worden we als gemeenschap het lichaam van Christus. Door te communie te gaan voelen we weer dat de liefde van God in onze gemeenschap leeft. Ik denk dat de beleving daarvan intenser wordt als we van de liturgie echt een heilig en plechtig gebeuren maken. En aan de andere kant: het wordt intenser als we buiten de liturgie om nog meer een echte gemeenschap worden van mensen die lief en leed met elkaar delen. Brood en wijn zijn voedsel en drank voor onze ziel. Brood en wijn geven ons deel aan wat Jezus noemt "eeuwig leven". En eeuwig leven, dat ervaren we als de viering iets met ons doet. Als we deze kerk verlaten met weer wat meer geloof, hoop en liefde, en wat minder stress en haast en bitterheid, dan hebben we in brood en wijn werkelijk de Heer ontmoet. Ik hoop dat we daar steeds weer iets van ervaren als we hier samenkomen.