31e zondag door het jaar (2006)

Beste dorpsgenoten,

"Vrees de Heer uw God door al zijn voorschriften en geboden na te komen die ik u opleg. Luister dan, Israël, en volbreng ze nauwgezet. Dan zult ge gelukkig zijn en talrijk worden in het land van melk en honing dat de Heer de God van uw vaderen u heeft beloofd."

Dat zijn de eerste regels uit de eerste lezing. U heeft ze zeker al een paar keer gehoord in uw leven! En het wordt voorgesteld dat Mozes ze heeft uitgesproken zo'n 1200 jaar vóór Christus. En in het evangelielezing van vandaag hebben we gehoord dat Jezus die woorden ook heeft uitgesproken. En twee duizend jaar lang zijn deze woorden steeds opnieuw aangehaald en aangehoord. Maar het land van melk en honing dat houdt God de Heer nog steeds achter de hand. Zo'n God is een heidense god, die maar blijft zaniken dat je niet braaf genoeg was en daarom dat land van melk en honing niet verdient. Je krijgt nooit waar voor je geloof!

Toen zo'n 150 jaar geleden ontdekt werd dat heel veel ziekten, en dus zieken en doden en veel tegenslagen voorkomen konden worden door riolering aan te leggen werd die ontdekking onmiddellijk in praktijk gebracht. En dagelijks profiteren we er van, ook moeten we er ieder jaar iets meer voor betalen! En zo is het gegaan met alle uitvindingen sinds die tijd. En zo krijg je tenminste wel waar voor je geld!

Als er al van het land van melk en honing sprake is dan is het aan die uitvindingen te danken en niet aan het onderhouden van Gods geboden. En veel landen waar de Islam de godsdienst is die het hele leven beheerst en waar de gelovigen zich er nauwgezet aan houden, is van melk en honing nog veel minder te bespeuren dan hier. Daar heerst intense armoe. Ze onderhouden Gods wet met hun hele hebben en houden maar ze hebben geen riolering en profiteren niet of nauwelijks van moderne uitvindingen.

Het is verkiezingstijd: sommigen maken van Jan Peter Balkenende een god die al heel veel voor hen gedaan heeft en hen nog veel meer belooft. Je zou toch ondankbaar zijn en ook nog dom als je hem niet kiest. Toen Wouter Bos hem vrijdagavond vroeg of hij drie voorbeelden kon geven die bewijzen dat armen er dank zij hem beter op zijn geworden, toen stond die god wel even met de mond vol tanden. Geen land van melk en honing voor armen.

En zo staat onze God, die wij hier elke zondag vereren, met de mond vol tanden als we hem zouden vragen: waar blijft dat land van melk en honing na 3000 jaar?

Wij worden intensief aangespoord zelf ons leven te maken, initiatief te nemen. "Dat moet kunnen." Maar in werkelijkheid is het leven vooral kwetsbaar, breekbaar, heel onzeker. Het komt zoals het komt, tragiek ligt altijd op de loer en er bestaat geen God die ons behoedt voor tegenslag, teleurstelling, mislukking en dood.

Als je je weg wilt vinden in een leven dat zo hard en onverwacht kan zijn, dan moet je een hoop rommel, zelfverzekerdheid, partijdigheid, "ik weet het beter"-mentaliteit opruimen voor dat je de weg in dat leven kunt vinden. Vervolgens durven toegeven dat je leven geen eigen fabrikaat is, dat je jezelf niet gemaakt hebt en meer van dat. En vervolgens kun je de grote ontdekking doen dat anderen er precies zo voorstaan. Ik moet hier denken aan het beeld van die 100 paarden omgeven door water. Dag en nacht bang zijn? Nee, dat hoeft niet: je ontdekt dat je er samen voorstaan, je ontdekt verbondenheid. Hoe ontdek je die dan? Door met elkaar om te gaan, te praten over waar het om gaat, door naar elkaar te luisteren, naar elkaars pijn èn ook naar elkaars vreugde. Dan ontstaat vertrouwen: bij die kan ik terecht voor dit, bij die voor dat. Samen houden we de dijk in de gaten als er storm op komst is. En dan? Dan ga je ontdekken dat het leven toch nog goed kan zijn als je er eenmaal samen voor staat. Samen proef je even van de melk en de honing, 3000 jaar geleden beloofd. Geen kleinigheid!

Er samen voor staan. Dat is wat we hier proberen te doen, iets merken van dat "samen," een ander woord voor God, de een lukt het, de ander niet. De ene keer lukt het, de andere keer niet.

Dat het zo moge worden.