Wij zouden graag Jezus zien

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 233 niet laden
‘Wij zouden graag Jezus zien', het waren Grieken die dat zeiden, heidenen dus, die Jood geworden waren. Het is wel duidelijk dat het hen niet ging om te zien hoe Jezus eruit zag, hun vraag ging dieper: zou Jezus een zin aan ons leven kunnen geven?

‘Wij zouden graag Jezus zien', ik denk dat die vraag nog leeft in het hart van heel veel mensen, bewust of onbewust, mensen die ook nu zoeken naar een zinvol leven, mensen die achter de bureaucratische, de structurele Kerk, de levende Christus zoeken. Zouden wij niet allemaal graag Jezus zien? De vraag is echter: hoe kunnen wij Jezus zien?

Wij zullen Jezus niet zien met onze lichamelijke ogen en naar verschijningen hoeven wij niet te verlangen. Maar wij kunnen Jezus wel zien met de ogen van het geloof. Jezus heeft ons in het evangelie heel dikwijls gezegd waar wij Hem kunnen zien. Zo zegt Jezus. ‘Waar er twee of meer in mijn naam samen zijn, daar ben Ik in hun midden.' Is dat eigenlijk geen geweldige waarheid? Als wij thuis samen bidden, dan is Jezus in ons midden.

De twee leerlingen van Emmaüs herkenden Hem, toen zij samen maaltijd hielden. Waar mensen in liefde samen zijn, lief en leed samen delen, daar mogen zij vertrouwen dat de Heer in hun midden is. Heel duidelijk is Jezus in deze wereld aanwezig waar mensen lijden, honger hebben, verdrukt worden: ‘Heer, wanneer hebben wij U gezien?' zullen de mensen verwonderd vragen bij het laatste oordeel. En Jezus zal hun antwoorden: ‘Ik was ziek, Ik was hongerig, Ik was naakt; hebt gij Mij toen niet gezien?'

Het schijnt niet zo moeilijk te zijn om met de ogen van het geloof Jezus te zien in deze wereld. Toen Sint Franciscus een melaatse zag, werd hij daardoor zo getroffen, dat hij van zijn paard sprong en de man kuste. Hij had Jezus ontdekt in die zieke.

‘Waarom doe je dat?' vroeg een vrouw, waarvan het lichaam voor een derde verrot was, en waarvan de stank onverdraaglijk was, toen moeder Teresa haar op haar armen nam en wegdroeg. ‘Omdat jij voor mij Jezus bent,' zei moeder Teresa.

En om dat te zien hoef je nog geen heilige te zijn. Pas geleden kwamen twee verloofden bij mij, en ik vroeg hen of ze niet bang waren dat hun huwelijk zou mislukken. ‘Nee,' zei de jongen, ‘daarvoor ben ik helemaal niet bang. Ik probeer in mijn meisje alleen het goede te zien, en als ik dan het goede zie, dan denk ik: dat is Jezus in haar. Zo ontmoet ik telkens Jezus als ik het goede zie in mijn meisje. En zo probeer ik ook te doen met de andere mensen. Telkens als ik bij de mensen iets goeds zie, dan ben ik blij en denk ik: dat is Jezus in die mens die het goede doet.'

Wij zouden graag Jezus zien. Probeer dan deze week eens naar Jezus te zoeken. Je zult Jezus zo dikwijls vinden, dat je er zelf verwonderd van bent. Als je samen aan tafel bent, en je breekt samen het brood voor elkaar zoals Jezus dat deed, dan zullen misschien je ogen opengaan je zult naar elkaar kijken en zien: dat is Jezus, die deed zo ook.

En als je je kind moet verzorgen, dat naakt is, dat honger heeft, dat gevangen in zijn bedje ligt, denk dan eens: dat is Jezus, die ik nu kleden en voeden mag. En als je thuis een zieke moet verzorgen, kijk dan eens met de ogen van je geloof en zeg: dat is Jezus, die ziek is. En als wij nu hier samen bidden, zingen en elkaar de vrede toewensen, denk er eens aan: hier is nu Jezus levend in ons midden.

Je zult Jezus deze week vinden waar Hij schreit, waar Hij angstig is, waar Hij erop wacht dat wij Hem liefhebben. Zo kunnen wij misschien, zoals die twee apostelen, veel mensen naar Jezus brengen.