Graaf de heuvels af, maak recht de paden

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 233 niet laden

De plechtige, brede aanhef van Lucas' derde hoofdstuk heeft dan ook een grote suggestieve kracht. Hier begint kennelijk iets nieuws. Of liever nog: hier begint pas de échte geschiedenis. Inderdaad, het eigenlijke begint nu pas, ongeveer dertig jaar na Jezus' geboorte. Nu is de Heer in aantocht. Nu gaat heel de mensheid Gods redding zien. Nu gaat er recht geschieden aan ontrechten, nu gaat er vrede komen op aarde. Dit is wereldnieuws!
Dit is van historische betekenis. En daarom komt de Heer niet zomaar. Zijn komst wordt aangekondigd door een heraut, door Johannes de Doper. Maar bovendien wordt zijn komst door Lucas op plechtige wijze verbonden met de belangrijkste politieke en religieuze leiders van dat moment.
Jezus' komst vormt het middelpunt van een aantal concentrische cirkels. De buitenste cirkel is de keizer van Rome, Tiberius, het hoofd van de toenmalig bekende wereld. Daarbinnen de Romeinse landvoogd Pontius Pilatus. Daarbinnen joodse vorsten die regeerden bij de gratie van Rome. Daarbinnen de religieuze leiders Annas en Kajafas. En daarbinnen, in het hart van plaats en tijd, Jezus, de Heer. Hij is de bron van het heil. Hij belichaamt de redding van God, die heel de wereld zal zien.
De wereld wacht nog steeds op mensen zoals Hij. Het siert de mens dat hij Jezus van Nazaret als ideaal ziet, de moeite waard om nagestreefd te worden. Het siert de mens dat hij met overtuiging mee wil belijden: Hij was zoals wij zouden willen zijn: een mens van God, een vriend, een licht, een herder, die niet ten eigen bate heeft geleefd, en niet vergeefs, onvruchtbaar is gestorven.

Vandaag nog kan het Woord van God over ieder van ons komen. Daarvoor hoef je niet perse uit te groeien tot een Johannes de Doper of een Jezus van Nazaret. Als het Woord je heeft geraakt, kun je er gehoor aan geven, kan het ook in jou vlees en bloed worden. Waarom eigenlijk niet?
De profeet Baruch, uit de eerste lezing, spreekt in Jeruzalem heel het volk aan en zegt dat zij het kleed van de gerechtigheid moeten aantrekken. Wat betekent dat? Het volk moet zich herinneren dat het meest wezenlijke woord in het leven 'gerechtigheid' is. Dat wil zeggen: een levenshouding waarin je anderen recht wilt doen, ruimte geven. In de mate waarin een maatschappij daarin slaagt, zullen kleine mensen 'tot hun recht komen'. Zo'n manier van leven geeft hoop op een betere samenleving, waarin de verhoudingen zich ten goede keren.
Dus, met de woorden van het evangelie van vandaag: 'Maak recht de weg voor de Heer; graaf de bergen en heuvels af, maak oneffen plekken vlak'... Die woorden zijn populair in de Schrift: ze worden er herhaaldelijk in geciteerd, zoals vandaag door Baruch in de eerste lezing, en in de evangelieperikoop uit Lucas. Het zijn wel erg grote en indrukwekkende woorden: dalen vullen, bergen en heuvels afgraven. Toe maar! Meer iets voor een aannemer met groot materiaal of voor de genieafdeling van een leger.
Wanneer heuvels worden afgegraven, dan zijn die niet langer een belemmering om elkaar te zien en tot elkaar te komen. Het land wordt een effen vlakte, zodat mensen elkaar op gelijk niveau, op ooghoogte kunnen ontmoeten. In de mate dat mensen elkaar recht doen, zal de aarde vriendelijk worden, 'vrouwelijk' zouden we haast durven zeggen, een schaduwrijke woonplaats voor mensen waarin lijden en rouw plaatsmaken voor blijdschap en verwachting.
Wie ooit in de bergen heeft gewandeld weet, dat telkens weer een soort wanhoop of moedeloosheid je kan overvallen, wanneer je vanuit het dal naar een top wilt klimmen, zelfs als je uit ervaring weet dat je na een paar uur boven zult staan. Je moet gewoon de ene voet voor de andere zetten. En je moet dat geduldig doen, zonder forceren. Wat je nodig hebt is uithoudingsvermogen en taaie weerstand. Of anders gezegd: je moet altijd blijven hopen. Dat is: erop vertrouwen dat wat er nu niet is, er straks heel zeker wezen zal.
Baruch en Lucas weten ook wel dat je niet zomaar bergen afgraaft. Elders heeft Lucas het trouwens over het Rijk Gods dat begint als een mosterdzaadje, maar niettemin een boom wordt waarin allerlei vogels komen nestelen. Beeld voor een wereld waarin mensen van allerlei pluimage zich thuis voelen.

Er is een remedie tegen het voortdurende onrecht: 'het doen van gerechtigheid' noemt de Schrift dat. Je hoeft daarvoor op niemand te wachten. Je moet alleen de ene voet voor de andere zetten op het rechte pad.
Daarbij geeft vandaag de brief van Paulus een goede raad: als je wilt dat je liefde, dat wil zeggen het doen van recht aan ieder, groeit, dan moet je ook zorgen dat je inzicht zich verdiept, en je fijngevoeligheid wordt aangescherpt voor wat anderen beweegt en wat ze nodig hebben. Dat soort kleine stappen graaft heuvels af en maakt de paden recht. Het zorgt ervoor dat hier en daar de kaarten worden geschud en herverdeeld: dat er andere troeven worden uitgespeeld; dat er anders over winst en verlies wordt gepraat; dat miserie abondance kan worden; kortom: dat er iets van het Rijk Gods in zicht begint te komen.
Dus: schud vanaf vandaag de kaarten! Omdat Johannes en Jezus, omdat Baruch en Paulus en Lucas het zo nadrukkelijk hebben gevraagd. Schud de kaarten.