paastijd 7de zondag C (2013)

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 194 niet laden

Het leek mij goed een week vóór Pinksteren alvast over de heilige Geest na te denken. Om een feest goed te kunnen vieren, moet je je er van te voren op voorbereiden.

Gods heilige Geest is werkelijk een Persoon, is een ‘Iemand’, net als wij, maar wij kunnen Hem niet zien, niet aanraken of aanwijzen. Wij drukken zijn aanwezigheid uit met behulp van symbolen als wind, vuur en een duif. Maar wij kunnen wel merken dat Hij er is, dat Hij aan het werk is. Ik zei het al aan het begin van de viering: achter ieder woord of iedere daad zit ‘geestkracht’. Wel, wanneer twee mensen een ruzie bijleggen en vriendschap sluiten, dan is de heilige Geest aan het werk. Als iemand een fout tegenover God of een medemens weer goed maakt, als iemand, die vol haat was, zijn hart weer openstelt voor liefde, als iemand een of ander goed werk verricht - binnen of buiten de Kerk - dan is Gods heilige Geest aan het werk.

De heilige Geest is een zeer actief Iemand. Zijn werkzaamheid begon al met de schepping. In het begin was er alleen licht, donker, lucht, water en aarde, er was geen orde en regelmaat, maar toen de Geest zijn schaduw erop liet vallen - zoals Hij Maria later zou overschaduwen - kwam, op een of andere manier, overal het leven.

Met het scheppingsverhaal wilden de leraren van het oude Israël ons vertellen, dat God altijd aanwezig is, bij alles wat gebeurt. Het is nooit zo, dat er toevallig iets goed of verkeerd gaat. Wij zijn niet overgeleverd aan de willekeur of de creativiteit van de menselijke geest, en nog minder aan die van de kwade geesten. Het is natuurlijk wel zo, dat de individuele mens zich voor Gods heilige Geest kan afsluiten.

Als bijvoorbeeld een vader zelfmoord pleegt, nadat hij ook zijn twee zoontjes, Ruben en Julian, heeft laten verdwijnen; als iemand tien jaar lang drie vrouwen in zijn huis gegijzeld houdt en misbruikt, dan mag je er vanuit gaan dat er boze geesten aan het werk zijn geweest. Ik geloof niet, dat mensen uit zichzelf zo slecht zijn. Ze worden ertoe overgehaald. Daarom bidden wij altijd: “Leidt ons niet in bekoring”, dat wil zeggen, help ons niet naar de verkeerde stemmen te luisteren.

Zowel in het Oude als in het Nieuwe Testament komen mannen en vrouwen voor aan wie God zijn heilige Geest op bijzondere wijze heeft gegeven. Profeten ontvingen toen al door zalving met olie de heilige Geest. Van Hem kregen zij de moed en de wijsheid om Gods woorden te verkondigen, om desnoods ontrouwe koningen en priesters tegen te spreken. Als je met zulke mensen spreekt, voel je, dat Gods heilige Geest in hen aanwezig is, dat er een kracht van hen uitgaat.

Over Jezus Christus, zegt reeds de profeet Jesaja (11, 2), 600 jaar vóór Christus, dat God Hem een geest van wijsheid en verstand zal geven, een geest van inzicht en sterkte, van kennis en ontzag en liefde voor Gods heilige Naam. Dat zijn de zeven gaven, die ook wij ontvangen in het sacrament van het vormsel. Gods Geest is er niet alleen voor een klein groepje wijze mannen en vrouwen, nee, Hij is er voor iedereen, die Hem wil ontvangen. Bij de profeet Joël (3, 1) zegt Jahwe-God het volgende: “Daarna zal het gebeuren: Ik zal mijn geest uitstorten over alle mensen, uw zonen en uw dochters zullen profeteren, uw grijsaards dromen zien, uw jonge mannen visioenen krijgen”.

In de meimaand vereren wij op bijzondere wijze de heilige Maagd Maria. Zij was “vol van genade”, vol van de heilige Geest. Niets deed zij zonder de leiding van de heilige Geest.

Zo mogen ook wij doen: de heilige Geest overal bij betrekken. Als een jongen en een meisje elkaar ontmoeten, kunnen zij vragen: O, heilige Geest, bent U het die ons bij elkaar heeft gebracht? Zijn wij voor elkaar bestemd? Ouders kunnen daar ook om bidden: O, heilige Geest, geef, dat onze zoon, onze dochter, ooit de enige ware mag ontmoeten, zodat zij samen echt gelukkig kunnen worden.

Als je in je hart voelt, dat het goed zou zijn om een bepaald iemand te helpen, ook al heb je er geen zin in, dan is het de heilige Geest, die jou daartoe roept. Als er gesproken wordt over een keer extra naar de Kerk gaan, over iets extra’s bidden voor iemand, die grote problemen heeft, al is het maar eventjes dat je denkt: “Hé, zou ik dat ook niet voor hem kunnen doen!?”, dan is het de heilige Geest van God, die jou op dat moment aanraakt en zegt: Hé, zou je dat niet doen!?

Als je in het nieuwe parochieblad het artikeltje leest van een ietwat bezorgde penningmeester van het parochiebestuur, over het achterblijven van de inkomsten, en je voelt dan in je hart iets van: “Hé, heb jij niet nog een beetje financiële ruimte?” of “Hé, heb jij door de drukte je bijdrage niet gewoonweg vergeten?”, dan kan dat een aansturing van de heilige Geest zijn. Dan hoopt Hij, dat wij aan zijn roepstem gehoor geven. En de penningmeester hoopt dat ook.

Het gebeurt echter weleens, dat wij níet luisteren naar de stem van ons hart! Dan kiezen wij de weg, die voor ons het gemakkelijkst is. Maar als wij niet luisteren naar de kleine aanwijzingen, die de Geest ons geeft, waarom zou Hij dan voor ons grote dingen doen!?

Als wij strakjes in de Communie Jezus ontmoeten, laten wij Hem dan vragen: Heer, U bent vuur op aarde komen brengen, het vuur van de heilige Geest, en U hebt zelf gezegd, Heer, dat U er naar verlangt, dat het vuur oplaait. Laat dan het vuur van uw liefde branden in mijn hart. Geef, Heer, dat ik alle kleine aanwijzingen, die de heilige Geest mij geeft, opvolg, zodat ik uw genade niet verspil en ik verdien om nog grotere genade te krijgen.

Wie zich door de heilige Geest van God laat leiden, broeders en zusters, krijgt meer vrede, meer vreugde. Het stapelt zich op in je hart.

Mensen, ik voel zelf ook zo dikwijls de neiging om eigen wegen te gaan. Maar achteraf voel ik dan steeds weer, dat ik toch slechter af ben. Proberen wij het een tijdje vol te houden: luisteren naar de heilige Geest van God. Doen wat Hij zegt. Dan zal het ons veel beter gaan. “In het verleden behaalde resultaten bieden ook garantie voor de toekomst”.