×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 419 niet laden

De ogen, dierbare gasten en parochianen van deze Vredeskerk; "de ogen zijn de spiegel van de ziel" zeggen ze. Ik denk dat het waar is. Ik weet het wel zeker. Mensen zijn een soort doosjes en in die doosjes daar zit van alles in: Mooie en lelijke dingen zitten er in. Het is een mix, een gecompliceerd geheel. De zuivere, onbedorven ziel die wij ooit waren, dat onbeschreven blad, allerlei invloeden, gunstig en ongunstig, hebben er op in gewerkt. We zijn, op de basis natuurlijk van wat er door ons voorgeslacht aan ons is meegegeven; op de basis dáárvan is ons blad béschreven geraakt. Onze ervaringen hebben ons gevormd en ook mísvormd wellicht. Op allerlei manieren spelen keuzes van onszelf daar natuurlijk óók een rol in ... En dat álles "toont zich" op de één of andere manier op onze gezichten, dáárop laten we het zien, of je dat nu wilt of niet ... Je kúnt je zelf niet verbergen, veelgeliefden, dat gaat niet.

Wat valt er op onze gezichten te lezen? Andere mensen kunnen je wat dat betreft ook echt "een spiegel voorhouden" zoals dat heet ... Afgelopen week had ik bezoek van een vriendin van mij die ik nog ken uit mijn middelbare schooltijd. Zij en haar vriend vierden in het afgelopen jaar dat ze vijfentwintig jaar samen waren. Helaas had ik er niet bij kunnen zijn, bij het feest. Dus leek het me een goed idee om hen beiden op de valreep van het jaar uit te nodigen voor een etentje, om het alsnog te vieren. Er werd aangebeld. Via de "hallo-foon" ontsluit ik electronisch de deur. Ik begeef mij naar het trappenhuis. Gestommel beneden in de donkere gang. Mijn vriendin en haar partner komen de trap op. Lachend kijkt ze omhoog: "Wat kijk je verschrikt!" ... zijn haar eerste woorden - woorden, veelgeliefden, waarin mij een spiegel wordt voorgehouden ... waarin ik misschien liever niet had gekeken, woorden die mij terug doen deinzen, woorden die, volstrekt onbedoeld natuurlijk, op mij het effect hebben van een boksbeweging en waardoor ik mij een beetje knock-out geslagen voel ... Wát heeft zij gezien in mij?   

Pater van Kilsdonk, emeritus-studentenpastor hier in Amsterdam, als priester en pastor voor mij een groot voorbeeld, hij is nu negentig jaar; pater van Kilsdonk heeft wel eens in een interview gezegd: "In wezen ben ik mensenschuw" - wat wonderlijk is om te horen uit de mond van iemand die naar verluidt dertigduizend mensen persoonlijk zou kennen. Maar zelfs híj dus ... Ik herken dat: dat je in het contact met mensen een afstand kunt ervaren, een blokkade, zodanig dat je je geremd en onveilig voelt ... Voor mij waren het eigenlijk verlossende woorden, deze woorden van pater van Kilsdonk. Want als je zoiets hebt, een zekere schuwheid soms, dan ben je altijd geneigd om te denken dat je de enige bent. Als iemand, zo iemand als pater van Kilsdonk dan ook nog eens, z'n eigen binnenkant wat dit betreft laat zien, z'n kwétsbare binnenkant, dan voelt dat meteen een stukje minder eenzaam ... Een vriend van me en ander groot voorbeeld voor mij, óók een priester trouwens, Ruud Huysmans, híj zegt wel eens: "Het meest private is het meest algemene." De dingen die mensen het moeilijkste vinden en waar ze zich het meest voor schamen - daar hebben heel véél mensen last van ...

Mensen, het mag hoor! Ja mág verschrikt kijken en bang of boos zijn. Ik denk zelfs: het is heel belangrijk om te onderkennen hoe op een bepaald moment de vlag er bij hangt en het met je ziel gesteld is. Het kan ook goed zijn om dat te verwoorden, om het er in die zin "uit te gooien" zoals dat heet. Als je het doet merk je meestal onmiddellijk: Nu ontstaat er ruimte. Ik krijg lucht. Dan ontstaat de mogelijkheid voor de wind om te waaien. Misschien blaast hij de donkere wolken weg. Het bedrukte, het verschrikte gezicht klaart op. Er komt ontspanning. Misschien breekt zelfs de zon door en verschijnt er een lach, een glimlach misschien op het gelaat ... 

In elk geval is die lach, die glimlach, ja die strálende lach er hier voor ons vandaag, want wij zijn hier bijeen, opnieuw met de herders, rond het goddelijk kind Jezus en Zijn moeder Maria wier aangezicht is als een spiegel die dat van haar kind volmaakt weerspiegelt. "Moge de Heer de glans van Zijn gelaat over U spreiden en U genadig zijn! Moge de Heer zijn gelaat naar U keren en u vrede schenken!" - zo hoorden wij in de eerste lezing vandaag, uit het boek Numeri. Het is de zogenaamde "Aäronitische zegen" die in onze kerk óók altijd klinkt, gezongen, aan het eind van onze eucharistie-vieringen. De glans van God's gelaat. We zien die glans in het gezicht van Jezus. En in het gezicht van Maria. We zien die glans in het gezicht van iedereen die op de één of andere manier door Zijn, door Jezus' Licht is aangeraakt. Hier in de kerk zie ik die glans vaak op de gezichten van de mensen, op úw gezichten. Wat een heerlijk, wat een prachtig gezicht! Echt een bron om je aan te laven. Jezus' gezicht, het wordt weerspiegeld, niet alléén in dat van Maria, maar gelukkig ook geregeld in dat van U en van mij ... Samen geven we als kerk gezicht aan Hém. Zo wordt Hij concreet. De apostel Paulus zegt in wezen hetzelfde, maar mooier, veel mooier, waar hij in zijn tweede brief aan de christenen van Korinthe schrijft: "Dezelfde God die gezegd heeft: 'Uit de duisternis zal licht schijnen', heeft zijn licht laten schijnen in ons hart om de kennis te laten stralen van zijn heerlijkheid, die ligt over het gelaat van Jezus Christus."       

De ogen zijn de spiegel van de ziel. Maar Hij, Jezus Christus, is de ziel van de kerk en daarmee van ons allen. Laten we ons dan ook maar geen zorgen maken om ons "image" mensen, om wat we laten zien, om het gezicht dat we laten zien aan andere mensen. Laten we daar niet over tobben. En laten we niet navelstaren. Richten we onze ogen liever, steeds opnieuw, op Jezus en op Maria, Zijn moeder. Dan komt het goed. Amen.

VERKONDIGING ter inleiding van de toewijding van gezinnen aan de bescherming van de Heilige Familie van Nazareth, de hernieuwing van trouwbeloften door gehuwden , de zegening van alle mensen die van elkaar houden en/of die samen/alleen zorg dragen voor kinderen en de zegening van kinderen

En nú is er weer een jongetje van vijf jaar om het leven gekomen ... Het was op de wintersport. Hij stond met z'n ski'tjes over elkaar en viel naar voren. Knak! Als het steeltje van een bloem knakte zijn nekje.

Lieve kinderen en grote mensen die nu hier zijn: Het is me wel weer wat, deze Kerst. Jezus is het geboren, het Licht der wereld, alleluia. Maar er zijn veel rot-dingen gebeurd! Eerst hadden we dat kindje dat met het slee'tje van de berg het ravijn in gleed. En de vader ging er achteraan. Toen hadden we die vier meisjes Chinese meisjes in Arnemuiden - die verbrand zijn. En op de zaterdag voor Kerst zat mijn collega, pastoor Franklin Brigitha uit Den Helder in de auto samen met twee pas-gewijde diakens: twee jonge mannen, op weg om priester te worden. Het was glad op de weg. De auto slipte, kwam in een vaart terecht en schoof onder het ijs ...

 

"Voordat ze de auto verlieten hebben ze eerst met elkaar gebeden", hoorde ik onze bisschop op de radio zeggen. Dat heeft pastoor Franklin hem verteld, want hij is de enige die het ongeluk heeft overleefd. De beide diakens, Juan Torres Rincón en Quinton Peters, konden niet door het ijs heen breken ...

 

 Kijk - dat was wèl heel erg mooi: dat ze met z'n drieën gebeden hebben voordat ze afscheid van elkaar namen en de twee diakens van het leven. De profundis clamavi ad te, Domine; Domine, exaudi vocem meam. "Uit de diepte roep ik U Heer; Heer, hoor mijn stem." Psalm 130. Ja, maar hééft God dan wel geluisterd? Ja, God luistert. Daar mogen we op vertrouwen. Maar dat betekent niet, lieve kinderen en grote mensen, dat dan altijd gebeurt wat wíj vragen, wat wíj willen. Vroeg of laat roept God ons altijd thuis, naar Hém toe, naar de hemel.

 

Het is heel belangrijk voor je leven om dáár op te vertrouwen, om op Gód te vertrouwen, in alle omstandigheden. Het is heel belangrijk om te leren bidden. Vertrouwen op God, kunnen bídden, of dat níet kunnen, dat maakt een groot verschil uit, een "verschil van dag en nacht". God luistert heus wel naar ons, lieve kinderen en grote mensen. Híj luistert. Hij is toegewijd aan ons. Maar, luisteren wij wel naar Hém? Zijn wij wel toegewijd aan Hém? Dat is een vraag natuurlijk ... waarop het antwoord veel minder zeker is ...

 

Om ons te helpen heeft God Jezus aan ons gegeven. God is mens geworden, één van ons, in Jezus. Jezus, het kind van Maria en Jozef; met z'n drie waren ze een gezin, een gelukkig, een warm gezin, zo mogen we geloven. We noemen het: "de heilige familie".

 

Wat zou het mooi zijn, lieve kinderen en grote mensen, als onze gezinnen zouden líjken op die heilige familie, op het gezin van Nazareth. Ik wil voorstellen aan de gezinnen die hier vandaag geheel of gedeeltelijk zijn omdat te proberen. De gezinnen die dat willen kunnen zich om die reden vandaag toewijden aan die heilige familie van Nazareth, aan Jezus, Maria en Jozef - om steeds méér op God te leren vertrouwen. Vervolgens kunnen mensen die getrouwd zijn (en speciaal degenen onder hen met jonge kinderen) hun trouwbelofte hernieuwen. Daarna is er een zegen voor alle mensen die van elkaar houden en die samen of alleen zorg dragen voor kinderen. Dan is er een speciale kinderzegen. En tenslotte zullen wij het heilig doopsel toedienen aan twee kinderen.